Ploegen- en nachtarbeid
De Maatregel
Eén van de belangrijkste fiscale maatregelen om de loonkost competitiviteit van onze arbeidsintensieve sectoren te ondersteunen is de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegen-en nachtarbeid. Deze ‘vrijstelling’ is niet min: je bespaart als werkgever maar liefst 22.8% op de belastbare bezoldigingen van de werknemers in het systeem. Er zijn wel een aantal voorwaarden aan verbonden.
Basisvoorwaarden
Om in aanmerking te komen, moeten de volgende voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn:
- De werkgever moet schuldenaar zijn van de bedrijfsvoorheffing overeenkomstig art. 270, 1°, WIB92.
- Het moet gaan om een onderneming waar er nacht- of ploegenarbeid wordt verricht en die een ploegenpremie betaalt of toekent.
- De voorheffing op de betrokken bezoldigingen en premies moet volledig worden ingehouden.
- De vrijstelling wordt enkel toegekend voor werknemers die, overeenkomstig de arbeidsregeling waarin zij tewerkgesteld zijn, over de betrokken maand waarvoor het voordeel wordt gevraagd, tenminste een derde van hun arbeidstijd in ploegen- of nachtarbeid zijn tewerkgesteld.
Ploegenarbeid
Een onderneming waar het werk wordt verricht in minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk doen zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de dag opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende ploegen en zonder dat de overlapping meer dan een vierde van hun dagtaak bedraagt.
Nachtarbeid
Een onderneming waar werknemers, overeenkomstig de in de onderneming toepasselijke arbeidsregeling, prestaties verrichten tussen 20u en 6u, met uitsluiting van de werknemers die enkel prestaties verrichten tussen 6u en 24u en de werknemers die gewoonlijk vanaf 5u beginnen te werken.
Volcontinu arbeidssysteem
Een onderneming waar het werk wordt verricht in minstens 4 ploegen van minstens 2 werknemers, die hetzelfde werk doen qua inhoud als qua omvang, die een continue bezetting tijdens de gehele week en het weekend garanderen, en die elkaar opvolgen zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan een vierde van hun dagtaak. De bedrijfstijd in dergelijke ondernemingen, zijnde de tijd dat het bedrijf functioneert, bedraagt minstens 160u op weekbasis.
Opgelet!
Naar aanleiding van de Mini-taxshift die de federale regering heeft doorgevoerd zal er vanaf 1 april 2022 er een strengere voorwaarde worden gekoppeld om de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing te kunnen toepassen.
Bepalen van minimumpremies als percentage
Voor 1 april 2022 was er geen minimumbedrag aan ploegenpremie bepaald om voor de vrijstelling in aanmerking te komen. Om in aanmerking te komen voor de vrijstelling moet de werkgever vanaf 1 april 2022 bovenop het contractuele bruto-uurloon een minimumpremie van 2% voor ploegenarbeid en 12% voor nachtarbeid betalen.
Voor werknemers die ’s nachts ploegenarbeid verrichten, zal de fiscus een minimumpremie van 2% aanvaarden, aangezien ploegenarbeid ’s nachts als ploegenarbeid wordt beschouwd.
Bovendien zal vanaf 1 april 2024 de toekenning van deze premie aan een bijkomende voorwaarde onderworpen zijn: de premie moet opgenomen zijn in een collectieve arbeidsovereenkomst, in het arbeidsreglement of in een arbeidsovereenkomst. Zo niet, wordt de premie niet in aanmerking genomen en kan de vrijstelling niet worden toegepast.
Toegestane onderbreking tussen opeenvolgende ploegen
Een van de voorwaarden voor ploegenarbeid is dat de ploegen elkaar in de loop van de dag opvolgen zonder dat er een onderbreking tussen de opeenvolgende ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan een vierde van hun dagtaak bedraagt.
Het wetsontwerp wil deze voorwaarde versoepelen door te bepalen dat een onderbreking van maximaal 15 minuten tussen de verschillende ploegen wordt toegestaan.
Berekening 1/3e norm
Sinds 2022 kan de 1/3e norm niet langer berekend worden in dagen, maar enkel in uren. In het kader van de mini-taxshift wordt bepaald dat:
- Een bepaald uur slechts in aanmerking komt voor ofwel de vrijstelling voor ploegenarbeid, ofwel de vrijstelling voor nachtarbeid.
Deze opsplitsing zal gevolgen hebben, met name voor het bepalen van de één derde norm en de berekening van de vrijstelling. Het systeem wordt strenger en zo zullen bepaalde werknemers in het nieuwe systeem niet meer aan de 1/3e norm voldoen.
- Enkel de uren waarvoor effectief een premie betaald wordt en die voldoen aan de definitie van respectievelijk ploegen- of nachtarbeid mogen in de teller voor deze norm opgenomen worden.
- In geval van schorsing van de arbeidsovereenkomst kunnen enkel de uren meegeteld worden waarvoor het loon wordt doorbetaald en waarvoor kan worden aangetoond dat de werknemer zonder die schorsing volgens zijn arbeidsregeling ploegen-of nachtarbeid had verricht en hiervoor een ploegen-of nachtpremie zou ontvangen hebben.
Werken in onroerende staat
De Maatregel
Door werkgevers onder bepaalde voorwaarden een vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing toe te kennen wil de overheid ondernemerschap in ons land stimuleren.
De doelstelling van deze federale maatregel is tweeledig:
- De eerste doelstelling is om de bestaande steunmaatregel “vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid” een meer algemeen karakter te geven
- De tweede doelstelling is om sociale fraude en sociale dumping te bestrijden.
Werkgevers die werken in onroerende staat uitoefenen in de zin van de btw-wetgeving kunnen onder bepaalde voorwaarden genieten van een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing.
Het gaat niet enkel om werkgevers uit de bouwsector (PC 124), maar ook om werkgevers uit de sectoren hout en stoffering (PC 126), metaal (PC 111.01, 111.02, 111.03), schoonmaak (PC 121), tuinaanleg (PC 145.02 en 145.04) en elektriciens (PC 149.01).
Indien de werkgever in aanmerking komt voor deze maatregel bedraagt de vrijstelling sedert 1 januari 2020 18% van het totaal van de belastbare bezoldigingen van al de betrokken werknemers samen (in 2018 bedroeg dit 3% en in 2019 6%).
Het voordeel wordt berekend per maand.
De toepassingsvoorwaarden
Om in aanmerking te komen, moeten de volgende vijf voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn:
Het werk moet ‘op locatie’ worden uitgevoerd.
- Werken in onroerende staat
Het gaat om werken in onroerende staat
Het werk moet verricht worden in één of meerdere ploegen van minstens twee personen zonder rekening te houden met studenten en leerlingen in een alternerende opleiding. De ploegen moeten hetzelfde of complementair werk uitvoeren, zowel qua inhoud als qua omvang.
De vrijstelling kan alleen toegepast worden indien de werknemers in de betrokken maand minstens 1/3de van hun arbeidstijd in ploegen en op locatie hebben gewerkt.
De steunmaatregel kan enkel toegepast worden op de bezoldigingen van de werknemers van de ploeg die een minimum bruto uurloon ontvangen. Het geïndexeerde bedrag voor 2022 bedraagt 14,61 €.
Voor de vrijstelling is niet vereist dat er een ploegenpremie wordt toegekend. Anderzijds komt een werknemer die wel een ploegenpremie ontvangt, maar geen uurloon van 14,61 € heeft, niet in aanmerking voor de vrijstelling.
Onze toegevoegde waarde
De consultants van EPSA Belgium zijn ervaren in het optimaliseren en veiligstellen van de reeds toegepaste praktijken en indien er nog geen vrijstelling toegepast werd om het dossier op te bouwen en te verdedigen.
- Onze experten staan in voor het verzamelen, bundelen en verwerken van de informatie.
- Aan de hand van allerlei documenten (o.a. individuele rekeningen, tijdsregistratie, nominatieve lijsten…) wordt er nagekeken of potentieel
- Als er potentieel is, zullen onze experten een gedetailleerde berekening maken van de bedragen die nog kunnen worden vrijgesteld en wordt het administratief dossier
- EPSA zal u ook bijstaan bij de controle van de fiscale autoriteiten, binnen het geoptimaliseerde werkveld van EPSA.
- Wanneer er nog geen gebruik gemaakt wordt van een tijdsregistratiesysteem, stellen we onze tool Ludiks-People ter beschikking om de prestaties op werven te kunnen opvolgen.
- Bij optimalisering van deze vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing, werken we op basis van een verloningsformule bij Succes. Dit heeft als voordeel dat u als bedrijf enkel betaalt voor de reëel behaalde resultaten.
Opgelet!
Naar aanleiding van de Mini-taxshift die de federele regering heeft doorgevoerd zal er vanaf 1 april 2022 er een strengere voorwaarde worden gekoppeld om de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing te kunnen toepassen.
Zo kan je enkel nog van het voordeel genieten als de werfmelding voor werken in onroerende staat correct werd uitgevoerd.
Werfmelding als bijkomende voorwaarde
Voortaan zal je als werkgever enkel van het voordeel kunnen genieten als de werfmelding voor werken in onroerende staat – die in bepaalde gevallen verplicht is – correct gebeurde.
Is de werfvermelding niet verplicht, dan wijzigt er niets en kom je nog steeds in aanmerking voor de vrijstelling als de andere voorwaarden vervuld zijn.