Aller au contenu

Onlangs verscheen er in de Waalse krant L’Echo een artikel waarin stond dat België vorig jaar 5% meer octrooien heeft aangevraagd bij het Europees Octrooibureau.

Het aantal octrooiaanvragen is een van de indicatoren van de innovatiedynamiek in een regio of land, terwijl andere een voorbode zijn van de investeringen in onderzoek en ontwikkeling (R&D) door kleine en grote ondernemingen. Zo werkte België zich de afgelopen tien jaar omhoog naar de kopgroep in de Europese ranglijst van de R&D-investeringen.

De R&D-uitgaven in België stegen namelijk van 2% van het bbp in 2009 tot meer dan 3% in 2019, waardoor België nu op de derde plaats staat op de ranglijst van de R&D-uitgaven.

Naast de directe en indirecte werkgelegenheid die R&D creëert, is ook het aantal aanvragen en toekenningen van octrooien een belangrijke indicator van deze dynamiek. Zo is het aantal Belgische octrooiaanvragen bij het Europees Octrooibureau geleidelijk toegenomen met 19% en is het aantal verleende octrooien meer dan verdubbeld in diezelfde periode.

De verschillende gewestelijke (directe steun) en federale (fiscale steun) beleidsmaatregelen op het vlak van onderzoek en innovatie werpen vandaag hun vruchten af, hoewel er over bepaalde – vooral federale – regelingen fel gedebatteerd wordt met het oog op hervormingen.

Zoals altijd blijven de teams van Epsa Belgium aandachtig om de diverse financiële stimulansen van de verschillende machtsniveaus optimaal te benutten voor hun klanten.

Wat de resultaten op het vlak van octrooien op gewestelijk niveau betreft, werd meer dan 66% van de octrooiaanvragen ingediend door ondernemingen of organisaties in Vlaanderen, gevolgd door 19% in Wallonië en 14% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De kloof blijft dus groot tussen de gewesten, ook al moet die worden gerelativeerd gezien het verschil qua industrieel weefsel tussen het noorden en het zuiden van het land. Maar die flinke kloof tussen de drie gewesten verklaart wel voor een groot deel de verschillen tussen de financiële incentives die ondernemingen moeten stimuleren om een strategie inzake intellectuele eigendom te ontwikkelen aan Franstalige zijde.

In onze vorige artikels gaven we al een eerste beeld van de gewestelijke financiële instrumenten. In dit artikel vatten wij die instrumenten nog eens samen. Daarna bespreken we kort de fiscale stimulansen ter aanvulling van deze financiële instrumenten.

Directe gewestelijke steunmaatregelen

Als we de activering van de financiële middelen voor het indienen van een octrooi chronologisch benaderen, kunnen we de volgende instrumenten vermelden en beschrijven:

Voor het Waals Gewest

A.1. ‘Chèque en Propriété Intellectuelle’ (of intellectuele-eigendomscheque)

Met deze cheque kunt u via een erkende dienstverlener nagaan of uw uitvinding octrooieerbaar is of dat iemand zich ertegen zou kunnen verzetten. Deze cheque kan u ook helpen om een overzicht te krijgen van alle bestaande octrooien en documenten binnen het domein van uw uitvinding. De cheque is voorbehouden voor kmo’s die als handelsonderneming ingeschreven zijn in de KBO.

Het systeem van de intellectuele-eigendomscheques wordt medegefinancierd door het EFRO en loopt eind 2023 af. Om de overheidssubsidie (75% van het totaalbedrag van de cheque) te ontvangen, moet u de prestatie uiterlijk op 10 december 2023 hebben voltooid.

De gebruiksmogelijkheden van de cheque worden uitvoerig beschreven in het artikel ‘Une subvention pour aider à protéger son innovation’ (enkel beschikbaar in het Frans).

FINANCIËLE STIMULANSEN OM U BETER TE BESCHERMEN

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

A.2 Innovation Voucher

Als u verantwoordelijk bent voor een Brusselse kmo en u hebt een innoverend project dat een gunstige impact kan hebben op de economie, werkgelegenheid en/of duurzame ontwikkeling van het Brussels Gewest, kunt u met de Innovation Voucher de vrijheid van gebruik en de mogelijke octroieerbaarheid van uw innovatie onderzoeken. Voor een maximaal bedrag van 10.000 euro, te valideren in een erkend onderzoekscentrum.

Voor het Vlaams Gewest

Strikt genomen bestaan er geen vergelijkbare financieringsmechanismen in Vlaanderen, maar een deel van dit soort prestaties is te vinden in het kader van R&D-projectdossiers.

In dat kader komen de kosten voor het (interne of uitbestede) nieuwheidsonderzoek in aanmerking.

Voor ontwikkelingsprojecten die alleen betrekking hebben op kmo’s kunnen de kosten voor de bescherming van de projectresultaten dan gefinancierd worden tot maximaal 20.000 euro. De betrokken kosten zijn de kosten die bij derden worden gemaakt om een merk-, model- en/of octrooiaanvraag in te dienen (met uitzondering van de onderhoudskosten en de kosten in het kader van een geschil).

Het percentage van de tegemoetkoming hangt af van het type dossier en van de omvang van de onderneming.

Voor de volledigheid vermelden we ook een Europees initiatief.

Voor België

A.3 IE-Voucher (SME Fund) / EUIPO

Dit subsidiefonds kent vergoedingen toe voor bepaalde kosten op het vlak van intellectuele-eigendomsrechten en heeft betrekking op alle Belgische ondernemingen.

De eerste optie is een vergoeding voor de zogenaamde ‘IP Scan’. Deze dienst bestaat uit een analyse van de behoeften en verbeterpunten van uw onderneming op het vlak van intellectuele-eigendomsrechten om te bepalen welke acties uw bedrijf kan ondernemen op het gebied van intellectuele-eigendomsrechten. De korting bedraagt 90% van het betaalde bedrag, tot maximaal 1.350 euro.

De tweede optie heeft betrekking op aanvragen voor de registratie van merken en van tekeningen of modellen. Deze aanvragen zijn gekoppeld aan een taks (een soort van vergoeding) en het subsidiefonds geeft een korting van 50% of 75% op de basistarieven van deze taksen, afhankelijk van de gebieden/landen waarvoor het merk, de tekening of het model wordt aangevraagd.

Zodra de voorbereidende opportuniteitsstudies uitgevoerd zijn met behulp van de daarvoor bestemde incentives, kan de onderneming beslissen om het octrooiproces op te starten.

Voor het Waals Gewest

A.4 Win4Expertise-Brevets

De steun bij het indienen van een octrooi dekt een deel van de kosten die worden gemaakt in het kader van de octrooiaanvraag (erelonen en taksen) totdat het octrooi verleend is (met inbegrip van de kosten voor de nationale bekrachtigingen van het Europese octrooi).

De steun bestaat uit drie componenten (zie punt omtrent de procedure):

  • PATDE: indiening van de prioritaire aanvraag;
  • PATEX: formaliteiten volgend op de eerste indiening, na analyse van het onderzoeksverslag, en procedures om de bescherming territoriaal uit te breiden met inroeping van het recht van voorrang en om de verlening in de genoemde landen te verkrijgen.
  • PATOP: formaliteiten die voortvloeien uit een derdenverzet op Europees niveau tegen een octrooi waarvoor PATEX-steun werd verleend.

De subsidie kan 15 tot 50% bedragen van de totale octrooikosten (erelonen en taksen) die een octrooigemachtigde – erkend door het Europees Octrooibureau of door de Belgische Octrooidienst – factureert totdat het octrooi verleend is.

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Voor alle Brusselse kmo’s geldt dat als u een nationaal en/of internationaal (PCT) octrooi wilt aanvragen, u een financiering kunt krijgen die 50% dekt van de kosten voor het verkrijgen en bekrachtigen van octrooien met betrekking tot uw projecten.

De financiële tegemoetkoming dekt de subsidiabele uitgaven in het kader van de procedure voor de aanvraag van een octrooi, gedurende maximaal drie jaar voor een internationale PCT-octrooiaanvraag en gedurende maximaal vier jaar voor een nationale octrooiaanvraag gevolgd door een internationale PCT-octrooiaanvraag: erelonen, beheerskosten, certificering van officiële documenten, vertalingen, enz.

Fiscale steunmaatregelen

B.1 Aftrek voor innovatie-inkomsten

Dankzij de aftrek voor innovatie-inkomsten, ook wel ‘Innovation box’ genoemd, kunnen zowel grote als kleine winstgevende ondernemingen tot 85% aftrekken van hun netto-inkomsten die voortvloeien uit de commercialisering van hun beschermde innovatie en die betrekking hebben op octrooien, licenties in verband met kwekersrechten of weesgeneesmiddelen, data-exclusiviteit en auteursrechten ter bescherming van computerprogramma’s, die op Belgische bodem hebben plaatsgevonden.

Voor alle betrokken intellectuele eigendommen, met uitzondering van computerprogramma’s, volstaat een aanvraag tot erkenning van de intellectuele eigendom om de aftrek toe te passen.

De regeling is niet van toepassing op andere intellectuele-eigendomsrechten zoals handelsbenamingen, logo’s en geregistreerde merken.